Na intens overleg is er eindelijk witte rook voor de Truiense stadsdiensten. De administratie verlaat het verouderde administratief centrum en verhuist voor minstens zes jaar naar het Stayen-complex. De loketten blijven voorlopig behouden in het stadscentrum.
De verhuis komt er nadat duidelijk werd dat het huidige gebouw, dat dateert uit 1972, ernstige structurele en energetische problemen vertoont. Een eerder brandweeronderzoek gaf nog tijdelijk respijt, maar maakte tegelijk duidelijk dat een oplossing dringend noodzakelijk was. Eind 2024 startte de stad daarom een nieuwe procedure op om geschikte kantoorruimte te vinden. Schepen Günther Dauw (N-VA) kreeg de opdracht het complexe dossier te coördineren.
Volgens Dauw ging het om een uitdagende oefening. “We moesten een balans vinden tussen bereikbaarheid voor burgers, werkcomfort voor onze medewerkers en financiële haalbaarheid,” verduidelijkt hij. Verschillende locaties passeerden de revue, waaronder een schoolgebouw in het centrum en de voormalige kantoren van BelOrta. Uiteindelijk bleven twee opties over: de oude MDecor-site en Stayen. “Bij MDecor waren bijkomende investeringen nodig, wat de kosten opliep tot zo’n 75.000 euro. Stayen bleek niet alleen goedkoper, maar bood ook meer faciliteiten, waaronder parkeerruimte.”
Comfort en werkbaarheid primeren
De site in Stayen voorziet in 1.150 vierkante meter kantoorruimte, met 90 werkplekken, vergaderzalen, fietsenstalling en 85 parkeerplaatsen. De jaarlijkse huur bedraagt 170.100 euro. Burgemeester Ludwig Vandenhove (Vooruit) benadrukt het belang van deze stap: “Het personeel werkt vandaag in een gebouw met structurele gebreken en slechte luchtkwaliteit. Stayen biedt een comfortabeler alternatief. Niet ingrijpen zou op termijn nog meer kosten met zich meebrengen.”
De publieksgerichte loketten verhuizen voorlopig niet mee. Die blijven in eerste instantie operationeel in het centrum, met een uiteindelijke verhuis naar de GAZO-site in het vooruitzicht. “Voor de burger verandert er momenteel niets,” zegt algemeen directeur Kathleen Bergoets. “Zodra de nieuwe loketten klaar zijn, verwelkomen we hen daar.”
Ook schepen Marijn Ghys ziet de verhuizing als een kans: “Een moderne werkomgeving is cruciaal voor het welzijn van onze medewerkers én voor het aantrekken van nieuwe talenten. Dit is meer dan een verhuis – het is een stap naar een sterkere organisatie.”
Toekomstplannen voor Kazernestraat
Intussen wordt achter de schermen ook gewerkt aan een toekomstvisie voor de Kazernestraat-site, waar onder meer het oude Atheneum en het vredegerecht gelegen zijn. “We verkennen de mogelijkheden met projectontwikkelaars, maar dat vereist aanzienlijke investeringen,” aldus Vandenhove. “We hopen deze legislatuur alvast contractuele afspraken te kunnen vastleggen.”
De burgemeester zelf verhuist naar het stadhuis op de Grote Markt. Zijn kantoor wordt nog gerenoveerd. De rest van het college neemt zijn intrek in Stayen. De effectieve verhuis van de administratie staat gepland tegen het einde van dit jaar.
Onenigheid in de meerderheid
Een opvallende oproep kwam er uit onverwachte hoek binnen de meerderheid. Boris Lammens, kandidaat voor WOW, pleitte via de pers voor een snelle sloop van de leegstaande administratieve gebouwen in de Kazernestraat. Volgens hem is het belangrijk om verloedering van de buurt te voorkomen. “Deze gebouwen komen leeg te staan en dat is geen goede zaak. De buurt kan snel achteruitgaan en het beveiligen van het pand tegen nieuwsgierigen vraagt tijd, geld en energie,” stelt Lammens.
Binnen het stadsbestuur kwam de communicatie van Lammens als een verrassing. Zijn publieke uitspraken via de media werden niet op voorhand intern besproken, wat voor wrevel zorgde. Burgemeester Ludwig Vandenhove liet weten dat hij hierover opheldering zal vragen aan schepen Marijn Ghys. “Wij willen weten of dit een officieel standpunt is van de partij of eerder een individuele mening,” zegt hij.
Achter de schermen klinkt het dat sommige bestuurders niet te spreken zijn over de werkwijze. Schepen Ghys nuanceert echter: “We zijn een burgerpartij. Iedereen mag ideeën aanbrengen. Meestal gebeurt dat via de schepenen, maar als raadsleden iets naar voren brengen in de gemeenteraad of iemand de pers opzoekt, dan hou ik hen niet tegen.”
